Activity

Algarve - Andorra, Stage 103: Benasque - Tuc Mulleres

Download

Trail photos

Photo ofAlgarve - Andorra, Stage 103: Benasque - Tuc Mulleres Photo ofAlgarve - Andorra, Stage 103: Benasque - Tuc Mulleres Photo ofAlgarve - Andorra, Stage 103: Benasque - Tuc Mulleres

Author

Trail stats

Distance
9.6 mi
Elevation gain
4,400 ft
Technical difficulty
Very difficult
Elevation loss
2,260 ft
Max elevation
9,869 ft
TrailRank 
32
Min elevation
5,725 ft
Trail type
One Way
Moving time
4 hours 40 minutes
Time
9 hours 10 minutes
Coordinates
2790
Uploaded
August 7, 2023
Recorded
August 2023
Share

near es Bòrdes, Catalogne (Espagne)

Viewed 77 times, downloaded 3 times

Trail photos

Photo ofAlgarve - Andorra, Stage 103: Benasque - Tuc Mulleres Photo ofAlgarve - Andorra, Stage 103: Benasque - Tuc Mulleres Photo ofAlgarve - Andorra, Stage 103: Benasque - Tuc Mulleres

Itinerary description

Wat waren we blij dat we bij het hotel waren. En wat waren we de volgende ochtend extra blij dat we zijn doorgelopen en niet in de bergen zijn gebleven. Het regende pijpenstelen en dat bleef de hele dag zo. Boven de 2.800 meter vroor en sneeuwde het, volgens de weer-webcam van de refuge in de bergen was er een gevoelstemperatuur van -4 graden. Niet gewoon een slechte dag, maar een dag waar je je normaal gesproken niet buiten zou moeten wagen, en zeker in de bergen wordt het dan gevaarlijk. Maar we waren ook niet veel meer waard na zo’n lange heftige dag, dus we hadden de rust echt even nodig, en waar beter dan in dit schitterende hotel in de bergen!
Vanochtend zijn we er weer helemaal klaar voor en hebben super zin in de etappe van vandaag. Het is een schitterend dal waar we in zitten en we lopen het helemaal tot het einde uit, of beter gezegd, we lopen helemaal naar het begin, en dan nog een stukje verder. Maar eerst genieten we zo vroeg mogelijk van het ontbijt in het hotel om goed gevoed de bergen in te gaan. Iets na negenen staan we buiten, in de zon onder een stralend blauwe lucht, en trekken we de Benasque vallei verder door. Deze vallei wordt omringd door de hoogste bergmeren, de grootste gletsjers en de hoogste pieken van de Pyreneeën. Met de meest 3.000-ers en als hoogste berg Pico Aneto met z’n imposante 3.404 meter, de 2 na hoogste berg van Spanje. (Bij lange na niet de hoogste, dat is de Teide op het eiland Tenerife met 3.718 meter, en in het zuiden, in de Sierra Nevada ligt Mulhacén met een hoogte van 3.482 meter). Een indrukwekkende plek om te lopen! Gelukkig is het weer goed en hebben we mooi uitzicht. We beginnen over een breed rivierdal, opvallend vlak tussen de bergen. Maar af en toe stijgen we een plateau hoger naar een volgend vlak stuk. In de dalen staat veel gras met bloemen, maar ook vaker naaldbomen en bosbessenstruikjes. Het is een schitterend dal, en dat vinden wij niet alleen. Het is druk, er zijn veel wandelaars op pad vanochtend, zeker bij de refuge die we passeren. Velen zijn op weg naar Aigualluts, een groot zinkgat waar een rivier met smeltwater van de gletsjers van Aneto in een scheur in de aarde verdwijnt, om 3,6 kilometer verder aan de Franse kant van de bergen weer te verschijnen en in de Garonne te stromen, die weer bij Bordeaux de oceaan instroomt. De behoorlijk grote rivier stroomt via een grote waterval de 70 meter brede en 40 meter diepe scheur in en verdwijnt dan. Op de kliffen staan dennenbomen en door het vocht van de rivier zijn er veel varens en mossen. Het ziet er dromerig uit. We blijven bovenlangs lopen en wandelen verder. Weer wat hoger en weer vlak, het loopt lekker door. Na zo’n 8,5 kilometer maken we net voordat het echt steil begint te worden een pauze, om met verse benen aan de klim te kunnen beginnen. De laatste 5 kilometer tot aan het hoogste punt zijn een stuk steiler. We tappen drinkwater uit een riviertje dat ook iets verder weer in de berg verdwijnt en zetten koffie. Op dit stuk is het al heel wat rustiger. We genieten van een laatste muffin van het hotel met uitzicht op Aneto. Als we weer verder gaan, stijgen we opnieuw een stuk en passeren een grote kudde koeien, gelukkig hebben we het water goed gezuiverd en doorgekookt. Hier blijkt: je weet het maar nooit in de bergen. We zitten al een stukje boven de bomen en het gras begint dunner te worden. We passeren nog een paar laatste meertjes, laten het groen achter ons en gaan de stenen op. Er liggen gelukkig niet echt veel losse stenen, het lijkt één grote plaat. Dit massief is graniet, een keihard gesteente gevormd door gestold magma onder hogedruk. Het erodeert een stuk minder snel dan de zand- en leisteen op eerdere stukken. Rechts voor ons ligt Aneto met de plakken sneeuw tegen de top en links voor ons ligt Tuc de Molières, daar gaan we overheen. Normaal gesproken gaan we over een col, hier gaan we over een piek, daarna richting col en dalen dan verder af. Af en toe wordt het zicht beperkt door een opkomende wolk. Doordat we op een grote grijze plaat zitten lijkt de wereld dan ineens heel klein. Het is steil, maar het loopt gemakkelijk, één van de makkelijkste klimmen die we gehad hebben. Tot het laatste stuk. De piek lijkt wel een 100 meter hoge stapel keien, grote stenen waarover bijna geen pad te zien is. Maar de top wel, door een grote stapel stenen die het hoogste punt aangeeft. We zijn ondertussen aardig bedreven in het vinden van een geschikte route over rotsen, en zolang het grote, vastliggende stenen zijn is het geen probleem. We klauteren en klimmen naar het hoogste punt en we komen boven. Op 3.010 meter. Yahoooo, de eerste keer boven de 3.000! Wow, en wat een plekje weer. We gaan er even bij zitten om bij te komen en te genieten. Dit zullen we niet gauw meer overtreffen, vanaf hier worden de Pyreneeën langzaam lager. We beginnen de afdaling, over dezelfde grote stenen als het laatste stuk tot de top. Al snel zien we verse resten sneeuw van eergisteren, gelukkig dat we toen veilig in ons hotel zaten. Het afdalen naar de col gaat snel. Maar dan komen we bij de beruchte afdaling van Coret de Molières. Dit is hét stuk van de HRP dat recht naar beneden gaat. Een ‘technische afdaling’ noemen ze het… Gelukkig zijn we alleen en kunnen we ongestoord en met opperste concentratie de beste route kiezen. We zoeken even en schatten de routes in, maar je moet toch een keer de eerste stap zetten. Mark gaat voor, een eerste grote stap naar een richel en… kramp. Ai, das niet handig. Malou volgt en ook zij krijgt kramp in haar been. Waarom net nu!? Daar hebben we nooit last van. Het zal de spanning wel een beetje zijn. Even rekken en weer door. ‘Hier je voet, dan kun je je daar vasthouden, je ander voet naar daar’ ‘Maar dat gaat niet!’ ‘Dan die voet daar en je hand daar en afdalen naar daar…’ Zo gaat het een half uurtje door en zakken we langs de rotswand naar beneden. Uiteindelijk hebben we weer meer dan een stenen handgreep en een paar centimeter rots onder onze voeten. Hier komen we op een stuk puin en losse rotsen uit, deze kant is duidelijk meer geërodeerd dan de andere. Ook dit stuk gaat langzaam maar goed. Het stuk met enkel losse stenen is niet erg lang en al snel we komen af en toe een stenen plaat en grotere keien tegen. Het dal is vrij smal en onder aan de rotsen liggen 4 meertjes op een rij. In ieder geval, van boven lijken ze op een rij te liggen, maar er zit nog behoorlijk wat hoogteverschil tussen. We dalen af richting het tweede meertje, van bovenaf lijkt daar aan het einde een mogelijke plaats voor ons tentje te liggen, maar het is altijd afwachten. Een stukje verder is een metalen hut op de rotsen verankerd, refuge de Molières, met bedden en noodvoorzieningen. We hopen in ons eigen tentje te kunnen bivakkeren, in de refuge zal het al aardig druk zijn, maar als het moet zou het kunnen. Het afdalen neemt zoals gebruikelijk bij ons veel tijd in beslag. Van de piek tot het meer is maar 2 kilometer, maar het kostte ons wel 2 uur. Rond 19:00 uur komen we bij het meertje aan, strak donkerblauw water omringd door de waanzinnig hoge grijze granieten reuzen. Op ooghoogte ligt nog sneeuw, we zitten hier op 2.400 meter. Het stukje voor de tent blijkt groot en vlak genoeg, we hebben water van een riviertje van het meertje om de hoek; we hadden niet beter kunnen wensen. Dat was ‘m dan, de beruchte etappe over het hoogste punt van de route. We keken er, na de vorige etappe, een beetje tegenop. Het was spannend, maar het ging boven verwachting goed en soepel. Nu we hier vanavond met de bergen achter ons en het lange dal voor ons, onder een kraakheldere lucht die steeds meer sterren prijs geeft zitten te genieten van een soepje en gevriesdroogde chili, met frambozen crumble als dessert, kunnen we niet anders concluderen dan dat het een ongelofelijk schitterende etappe was. Letterlijk en figuurlijk een hoogtepunt!

Comments

    You can or this trail